GR20181213 AP2: Interpellatie van raadslid Freddy Van Eeckhout over de rechtsonzekerheid van eigendommen (datum van publicatie 27/12/2018)

Volgende motivering wordt door de heer Freddy Van Eeckhout in zijn interpellatie vermeld:

“Een jaar geleden interpelleerde over de rechtsonzekerheid die door het college van burgemeester en schepenen werd geschapen door het opnemen van onroerende goederen de inventaris van risicogronden zonder dat de eigenaars hiervan in kennis worden gesteld .

In mijn interpellatie in bijlage, die ik wens toe te voegen aan deze, drong ik sterk aan om minstens de eigenaars in kennis te stellen en de rechtsonzekerheid weg te nemen . Een weigering was toen aan de orde .

Ik heb mede deze problematiek ook aangeklaagd bij Ovam en gewezen op het gebrek aan transparantie en vooral de willekeur waarmee sommige gronden als risicovol worden beschouwd andere niet .

Voor een deel heeft OVAM oor gehad voor de problematiek inzonderheid voor de hoge kosten die het gevolg zijn van de opname in de gemeentelijke inventaris en de quasi verplichte uitvoering van een bodem-oriënterend onderzoek per kadaster nummer, hoe klein ook.

Een en ander heeft geleid tot het bekomen van een mogelijke vrijstelling van onderzoeksplicht zodat de kosten van het bodem-oriënterend onderzoek en zelfs de sanering kunnen worden afgewend naar OVAM.

Deze kosten, die zelfs in het kleinste geval mogen worden geraamd op duizenden euro in extreme gevallen tot grote veelvouden ervan kunnen dus ten laste worden gelegd van OVAM indien men aan bepaalde voorwaarden voldoet .

Inmiddels zijn meerdere eigenaars de pineut geweest door de weigering naar transparantie en het ontbreken van enige vorm van informatie vanuit de stad .

Ik richt mij tot de huidige en toekomstige beleidsmakers om dringend werk te maken van de gestelde problematiek

In de gemeenteraad van oktober interpelleerde ik het schepencollege, inzonderheid de schepen bevoegd voor milieu, over het feit dat er een totale rechtsonzekerheid bestaat met betrekking tot de eigendommen die door het schepencollege op de gemeentelijke inventaris worden geplaatst.

Wanneer een woning of grond die tot voor een paar jaar probleemloos kon worden verkocht opnieuw te koop wordt aangeboden stellen sommige eigenaars vast dat hun eigendom opgenomen werd op de gemeentelijke inventaris en dit als historische vervuiling .

Zij krijgen hieromtrent geen enkele informatie van uit het college van burgemeester en schepenen .

Pas bij het invullen van de notarisfiche komt alles boven water en wordt er per kadastraal nummer een bodem-oriënterend onderzoek gevraagd wat de eigenaar opzadelt men een kost van duizenden euro’s per kadastraal perceel en bovendien juridische gevolgen kan hebben bij het tot stand komen van verkoopovereenkomst .

Sommige eigendommen binnen dezelfde historische exploitatie ontsnappen aan deze verplichting anderen niet .

Volgens Ovam is in deze de gemeente de enige gesprekspartner die beslist over:

het opnemen op de inventaris ; Het schrappen uit de inventaris .

Het gaat hier wel over de zogenaamde historische vervuilingen die nog in exploitatie waren na 11 februari 1946 ( 70 jaar geleden )

In vele gevallen gaat het om leemontginning en het bakken van stenen in buitenovens , een activiteit die reeds lang is verdwenen in onze streek .

Graag vernam ik :

hoeveel percelen er momenteel reeds opgenomen zijn op deze gemeentelijke inventaris ? Hoeveel percelen er de laatste 5 jaar werden toegevoegd ? Tegen wanneer deze gemeentelijke inventaris volledig zal zijn aangevuld met de zogenaamde historische vervuilingen

Ik dring nogmaals aan dat alle betrokkenen die eigenaar zijn van een woning of grond die op de inventaris wordt geplaatst hiervan zonder uitstel in kennis worden gebracht zodanig dat zij als eigenaar , in toepassing van het decreet , de mogelijke initiatieven kunnen nemen om hun eigendom te schrappen uit de inventaris.”


Contact informatie