GR20130912 punt 6: Secretariaat - bepaling van wat onder het begrip "dagelijks personeelsbeheer" moet worden verstaan
De raad
Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid op artikel 43 §2,23°, en 86;
Overwegende dat de gemeentesecretaris bevoegd is voor het dagelijks personeelsbeheer;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 22 oktober 2009 waarbij bepaald werd wat er onder het begrip "dagelijks personeelsbeheer" moet worden verstaan;
Overwegende dat de gemeenteraad opnieuw moet bepalen wat onder het begrip "dagelijks personeelsbeheer" moet worden verstaan;
Overwegende dat het past, voor de duur van deze bestuursperiode, deze bepaling vast te leggen;
Beslist,
met éénparigheid van stemmen
Artikel 1
Onder het begrip "dagelijks personeelsbeheer" wordt verstaan:
a) individueel personeelsbeheer:
- opmaak functiebeschrijvingen;
- opdrachthouderschap;
- opdracht tot permanentieplicht;
- toestemming dienstreizen;
- verlofaanvragen (x);
- loopbaanonderbreking en andere tijdelijke loopbaanmaatregelen (x);
- verlof voor opdracht (x);
- individuele weddevaststelling, met inbegrip van de beslissing over de overname van
anciënniteiten (x);
- uitlenen van personeel aan een gebruiker, met uitzondering van de terbeschikkingstelling op
grond van artikel 144 bis van de nieuwe gemeentewet (x);
b) individuele toepassingen in verband met vorming en evaluatie:
- individuele opvolging van de evaluatie;
- vormingsaanvragen, met uitzondering van de vormingsaanvragen van het onderwijzend
personeel die een afwezigheid met zich brengen;
- de concrete invulling van het recht en de plicht op vorming;
c) de toepassing van de lokale rechtspositieregeling:
- de organisatie van de evaluatieprocedure binnen de door de gemeenteraad bepaalde termijnen;
- opmaken van dienstroosters en registreren van prestaties;
- goedkeuren van onkostenvergoedingen;
d) aanstellen van (onbezoldigde) stagiairs
(x) deze bepalingen zijn niet van toepassing op het gesubsidieerd onderwijzend personeel.
Artikel 2
Deze beslissing gaat in op 28 februari 2013 en geldt tot het einde van de bestuursperiode.
