GR20121220 punt 13: Contante belasting op het exploiteren of veranderen van hinderlijke inrichtingen - hernieuwing

De raad

 

Gelet op de bepalingen van het gemeentedecreet, inzonderheid titel VIII Bestuurlijk toezicht en externe audit;

 

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen;

 

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 20 december 2006 houdende hernieuwing van de contante belasting op het exploiteren of veranderen van hinderlijke inrichtingen, eindigend op 31 december 2012;

 

Overwegende dat het om budgettaire redenen past deze belasting te handhaven voor de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2018;

 

 

Beslist,

 

met 27 ja-stemmen (Michel Casteur, Freddy Van Eeckhout, Marc Nachtergaele, Tania De Jonge, Rudy Corijn, Henri Evenepoel, Veerle Cosyns, Rita Hellinckx, Antoine Callebaut, Georgette De Kegel, Alfons Schorreel, Willy De Groote, Jannick Violon, Marc Torrekens, Ivan Vonck, Greta De Troyer, Dirk Souffriau, Octaaf Van Ongeval, Rita Bockstael, Corinne Vanbelle, Hans Van Der haegen, Katie Coppens, Wouter Vande Winkel, Arlette Dierickx, Dirk Vanderpoorten, Wim Wachtelaer, Luc D'herde)

 

6 nee-stemmen (Guy D'haeseleer, Werner Somers, Veerle Vanderpoorten, Dirk Van Opdenbosch, Pascal Schietecat, Luc Roelandt)

 

Artikel 1

 

Er wordt vanaf 1 januari 2013 en voor een termijn eindigend op 31 december 2018 een gemeentebelasting gevestigd op de aanvragen en meldingen voor het exploiteren of veranderen van hinderlijke inrichtingen, waarvan de lijst en de indeling het voorwerp uitmaken van bijlage 1 bij het besluit van de Vlaamse Executieve houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning (VLAREM).

 

Artikel 2

 

De belasting is verschuldigd door de exploitant van de vergunningsplichtige- of meldingsplichtige inrichting.

 

Artikel 3

 

De belasting wordt vastgesteld al naargelang de klasse en de aard van het dossier :

Klasse

Bedrag

Aard van het dossier

1

500 EUR

Milieuvergunningsaanvraag voor een nieuwe inrichting, het hernieuwen van de vergunning van een bestaande inrichting of het veranderen van een vergunde inrichting waarvoor een milieueffectrapport of veiligheidsrapport vereist is.

1

124 EUR

Milieuvergunningsaanvraag voor een nieuwe inrichting, het hernieuwen van de vergunning van een bestaande inrichting of het veranderen van een vergunde inrichting.

2

74,5 EUR

Milieuvergunningsaanvraag voor een nieuwe inrichting, het hernieuwen van de vergunning van een bestaande inrichting of het veranderen van een vergunde inrichting.

1 of 2

50 EUR

Milieuvergunningsaanvraag voor een tijdelijke inrichting.

1 of 2

Gratis

Milieuvergunningsaanvraag van een inrichting die na wijziging of aanvulling van de indelingslijst van Vlarem I vergunningsplichtig wordt (artikel 38 van Vlarem I).

1 of 2

25 EUR

Mededeling kleine verandering van een inrichting conform artikel 6bis van Vlarem I.

1 of 2

25 EUR

Vraag tot wijzigen exploitatievoorwaarden conform artikel 45 van Vlarem I.

3 of 2

of 1

10 EUR

Melding van een inrichting van klasse 3 (artikel 2 van Vlarem I) of de overname van een vergunde of gemelde inrichting (artikel 42 van Vlarem I).

 

De belasting wordt verhoogd met :

- de kosten verbonden aan het schriftelijk ter kennis brengen van de aanvraag aan de eigenaars der percelen en gebruikers der gebouwen gelegen in een straal van 100m rond de perceelsgrenzen van de inrichting, voorgeschreven in art. 17 §3 van Vlarem I;

- de kosten van bekendmaking van het openbaar onderzoek in minstens twee dag- en/of weekbladen, voorgeschreven bij art. 17 §3 van Vlarem I;

- de kosten van bekendmaking van de informatievergadering in minstens twee dag- en/of weekbladen, indien deze wettelijk is voorgeschreven (art. 18 van Vlarem I).

 

Artikel 4

 

Zijn van de belasting vrijgesteld :

- de inrichtingen geëxploiteerd door beschuttende werkplaatsen;

- meldingen m.b.t. opslag van stookolie, propaangas horende bij particuliere woningen;

- inrichtingen met milieuvriendelijke activiteiten zoals imkers, vogelopvangcentra, kringloopcentra;

- inrichtingen dewelke vergunningsplichtig worden na wijziging of aanvulling van de indelingslijst van Vlarem I (artikel 38 van Vlarem I);

- ambtshalve beslissingen door de toezichthoudende overheid opgelegd;

- het verlengen van een vergunning die op proef werd afgeleverd;

- meldingen m.b.t. het lozen van huishoudelijk afvalwater en individuele waterzuiveringsinstallaties horende bij particulier woningen.

 

Artikel 5

 

De belasting is contant te betalen in handen van de financieel beheerder, die er kwijtschrift van aflevert.

Bij gebreke van betaling wordt de belasting ambtshalve ingekohierd en is ze onmiddellijk eisbaar.

 

Artikel 6

 

De verzending van het aanslagbiljet geeft aanleiding tot een bezwaartermijn van drie maanden vanaf de datum van de inning van de belasting of, ingeval van inkohiering, vanaf de derde werkdag volgend op de verzending van het aanslagbiljet of de kennisgeving van de belasting. Het bezwaar moet schriftelijk gebeuren; het wordt gedagtekend en ondertekend door de eiser of vertegenwoordiger en vermeldt :

- de naam, de hoedanigheid, het adres of de zetel van de belastingplichtige ten laste van wie de belasting gevestigd wordt

- het voorwerp van het bezwaarschrift en een opgave van de feiten en middelen

- of de belastingplichtige al dan niet gehoord wenst te worden tijdens een hoorzitting.

Van het bezwaarschrift zal schriftelijk ontvangst bericht worden binnen de 8 dagen na de verzending of de indiening van het bezwaarschrift.

 

Artikel 7

 

Verwijl- en moratoriumintresten zijn op deze belasting toepasselijk zoals inzake rijksbelastingen op de inkomsten.

 

Artikel 8

 

Inzake bezwaar, beroep en voorziening in cassatie wordt gehandeld zoals voorzien in het decreet van 30 mei 2008 en latere wijzigingen.

 

Artikel 9

 

Een afschrift van deze beslissing zal aan de gouverneur van de provincie Oost-Vlaanderen worden gezonden.