GR20151126 Punt 32. Openbare werken - aanvragen door particulieren voor inbuizen langsgrachten en voor aanleg van voetpaden en/of opritten - opheffing gemeenteraadsbeslissingen van 22 november 2011 en 29 april 2004 - goedkeuring nieuw reglement (datum van

Gelet op de bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen;

 

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 22 november 2001 waarbij de collegebeslissingen van 12 januari 1998 en 8 mei 1996 werden opgeheven en waarbij de voorwaarden voor het verlenen van machtigingen aan particulieren voor het inbuizen van langsgrachten en het verlenen van machtigingen aan particulieren voor het aanleggen van klinkers op openbaar domein werden aangepast;

 

Overwegende dat onder artikel 2, punt b van het besluit van bovengenoemde gemeenteraadsbeslissing vermeld staat dat de stad het aantal lopende meter en de diameter van de aan te leggen betonbuizen vaststelt op basis van het Algemeen of Totaal Rioleringsplan;

 

Overwegende dat deze rioleringsplannen momenteel niet meer geraadpleegd worden omdat ze vervangen worden door de uitgevoerde hydronautstudies van Aquafin;

 

Overwegende dat de ingebuisde grachten na aanvaarding van de werken dienst doen als nieuwe riolering;

 

Overwegende dat de diameter van de aan te leggen buizen bijgevolg door de rioolbeheerder van de stad Ninove, RioP, zal bepaald worden;

 

Overwegende dat in punt 3 van het besluit van de gemeenteraadsbeslissing van 22 november 2001 vermeld staat dat de aanvrager voor het aanleggen van klinkers op openbaar domein verplicht is gebruik te maken van grijze klinkers van het type 200 x 100 x 80 mm;

 

Overwegende dat dergelijk type van klinkers niet meer voorgeschreven wordt in het standaardbestek 250 voor wegenbouw van de Afdeling Wegen en Verkeer;

 

Overwegende dat nu een type 220/110/80 wordt voorgeschreven;

 

Overwegende dat het aangewezen is het standaardbestek 250 te volgen en de gemeentelijke voorwaarden voor het aanleggen van voetpaden en opritten op openbaar domein aan te passen;

 

Overwegende dat het aangewezen is om het verplicht gebruik van grijze klinkers te handhaven om de uniformiteit van de voetpadverhardingen na te streven en omdat betonklinkers een duurzame en stevige verharding vormt die op een perfecte wijze kan hersteld worden indien nodig;

 

Overwegende dat het tevens aangewezen is de aanvragers te verplichten om zowel de inbuizing van grachten als de aanleg van voetpaden en opritten binnen een termijn van zes maanden na het verkrijgen van de machtiging door het college van burgemeester en schepenen uit te voeren;

 

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 29 april 2004 houdende goedkeuring van het gemeentelijk reglement voor het overwelven van baangrachten dat werd opgemaakt in het kader van de samenwerkingsovereenkomst “milieu als opstap naar duurzame ontwikkeling”, meer bepaald de cluster water en de daaraan gekoppelde voorwaarden en de gemeenteraadsbeslissing van 22 november 2001 betreffende de aanvragen van particulieren voor het inbuizen van baangrachten en voor de aanleg van voetpaden en/of opritten, die best worden opgenomen in één uniform reglement;

 

op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

 

Besluit:

 

 

met éénparigheid van stemmen

 

 

Artikel 1

 

De gemeenteraadsbeslissing van 22 november 2001 betreffende de aanvragen van particulieren voor het inbuizen van langsgrachten en de aanleg van voetpaden en/of opritten en de daaraan gekoppelde voorwaarden wordt opgeheven.

 

Artikel 2

 

De gemeenteraadsbeslissing van 29 april 2004 houdende goedkeuring van het gemeentelijk reglement voor het overwelven van baangrachten dat werd opgemaakt in het kader van de samenwerkingsovereenkomst “milieu als opstap naar duurzame ontwikkeling” – cluster water, wordt opgeheven.

 

Artikel 3

 

Het gemeentelijk reglement met betrekking tot het overwelven van baangrachten en het aanleggen van voetpaden en/of opritten op het openbaar domein wordt goedgekeurd als volgt:

 

Punt 1

 

De machtigingen voor het aanleggen van voetpaden en/of opritten op openbaar domein, kunnen verleend worden op voorwaarde dat er verplicht gebruik wordt gemaakt van grijze betonstraatstenen, type 220/110/80, op een magere betonfundering van 15 cm en een legbed van 3 cm zandcement.

 

Punt 2

 

Zowel de machtigingen voor het inbuizen van langsgrachten als voor het aanleggen van voetpaden/opritten op het openbaar domein vervallen wanneer de werken niet zijn uitgevoerd binnen een termijn van 6 maanden na ontvangst van de machtiging.

 

Punt 3

 

Het dichten van grachten en het aanleggen van voetpaden en opritten op openbaar domein zijn voor 100 % ten laste van de aanvrager. De aanleg van voetpaden en opritten gebeurt onder toezicht van de stadsdiensten. De stadsdiensten worden voor aanvang van de werken gecontacteerd op het nummer 054/31.77.10. Het overwelven van baangrachten gebeurt onder toezicht van RioP. Zij worden voor aanvang van de werken gecontacteerd via het nummer 054/32.38.11.

 

Punt 4

 

Het reglement is van toepassing op alle grachten langs hoofdwegen (gewestwegen) en kleine wegen (gewone kleine wegen en buurtwegen), verder baangrachten genoemd. Het is verboden baangrachten geheel of gedeeltelijk te dempen, of te beschoeien met materialen die de infiltratie van water naar de bodem kunnen tegenwerken.

 

Punt 5

 

Het overwelven of inbuizen van baangrachten gelegen langs hoofdwegen en kleine wegen wordt beleidsmatig niet toegelaten. Hiervan kan slechts om strikt technische redenen worden afgeweken. Bijgevolg kan het overwelven of inbuizen van baangrachten slechts toegestaan worden mits een voorafgaande en schriftelijke machtiging van het schepencollege onder voorwaarden.

 

Punt 6

 

De diameter van de betonbuizen die door de aanvragers voor het dichten van grachten verplicht moeten worden gebruikt, zal door RioP worden bepaald.

 

Punt 7

 

De werken moeten uitgevoerd worden in overeenstemming met volgende richtlijnen:

 

-de aanvrager is verplicht vooraleer de werken aan te vangen bij de betrokken nutsmaatschappijen de nodige leidingplannen op te vragen met betrekking tot de ligging van de hoogspannings-, elektriciteits-, aardgas-, telefoon-, water- en andere leidingen via het Kabel en Leiding Informatie Portaal (KLIP) op de daartoe beschikbare internetsite (www.klip.be);

-tijdens de werken moet voor de veiligheid een gepaste afbakening aangebracht worden na consultatie van de lokale politie;

-de overwelving van baangrachten heeft een maximale lengte van 5 meter per kavel of perceel. Mits grondige motivatie vanwege de aanvrager kan het college van burgemeester en schepenen een afwijking op deze maximale breedte toestaan;

-de betonbuizen moeten geplaatst worden in een volledig ontruimde grachtbodem. Het ruimen van de gracht wordt aangevraagd bij de stad. De buizen worden geplaatst zonder schade toe te brengen aan de grachtkanten en zonder schade toe te brengen aan mogelijk aanwezige nutsleidingen. De toegebrachte schade valt volledig ten laste van de vergunningshouder;

-de ongewapende betonbuizen moeten aangelegd worden op een zandcementfundering van 20 cm dikte en de sleuf moet aangevuld worden met zand;

-de helling van de aan te leggen riolering is een vloeiende lijn. De riolering wordt zodanig aangelegd dat de vloei gelijkloopt met het bodempeil van de gracht na verwijdering van het slib. De stad staat voorafgaandelijk aan de werken in voor het ruimen van de gracht links en rechts van de voorziene overwelving, teneinde een vlotte afwatering te verzekeren;

-over de ganse lengte van het ingebuisd deel van de gracht zullen boordstenen en greppels geplaatst worden om een behoorlijke afwatering van de oppervlaktewaters te verzekeren, bekostigd door de aanvrager. Het type greppel wordt vastgesteld door RioP en het type boordsteen wordt vastgesteld door de stad. Eventueel dienen door RioP waterslikkers geplaatst te worden;

-indien kopmuren en/of inspectieputten nodig zijn ter hoogte van het in te buizen deel van de gracht, zullen deze werken door de rioolbeheerder van de stad, RioP, worden uitgevoerd en bekostigd;

-na afloop van de werken moet het openbaar domein in zijn oorspronkelijke staat hersteld worden;

-de werken moeten voltooid zijn binnen een maand na aanvang. De aanvang wordt gemeld aan de toezichter van de stad op het telefoonnummer 054/31.77.10;

-het einde van de werken wordt eveneens gemeld aan de toezichter van de stad;

-na aanvaarding van de werken zal RioP verder instaan van het onderhoud van de nieuwe riolering;

 

Punt 8

 

Wanneer de te overwelven baangracht gelegen is langs een gewestweg moet de aanvraag ingediend worden bij de Administratie Wegen en Verkeer van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, District Aalst, Churchillsteenweg 4A te 9320 Erembodegem.

 

Punt 9

 

Wanneer de te overwelven baangracht een geklasseerde waterloop is, zal de aanvraag door de betrokkene moeten geschieden volgens de bepalingen van de wet van 22 december 1967 op de onbevaarbare waterlopen, bij de bevoegde overheid:

Voor onbevaarbare waterlopen van eerste categorie is dit de afdeling Water van de administratie milieu-, natuur-, land- en waterbeheer van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, en moet de aanvraag gebeuren overeenkomstig de “richtlijn voor het aanvragen van machtigingen voor het uitvoeren van werken aan en langs onbevaarbare waterlopen van eerste categorie”. Voor onbevaarbare waterlopen van 2e categorie gebeurt de aanvraag bij de gouverneur van de provincie. Wanneer de te overwelven baangracht gelegen is langs een gewestweg moet vooraf een machtiging aangevraagd worden bij de Administratie Wegen en Verkeer van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Churchillsteenweg 4 A te 9320 Erembodegem.

In deze gevallen waarbij de aanvraag niet bij de stad gebeurt stuurt betrokkene een kopie van de aanvraag en de toelating ter kennisgeving aan het stadsbestuur.

 

Punt 10

 

Overtredingen van dit gemeentelijk reglement worden bestraft met politiestraffen. De politierechtbank kan het herstel van de overtreding bevelen binnen een door het vonnis bepaalde termijn. In geval van niet uitvoering binnen die termijn zal het stadsbestuur hiervoor instaan op kosten van de overtreder.

 

Punt 11

 

De machtiging is ten voorlopige titel. Wanneer het openbaar nut dit vergt of de werken in enig opzicht nadelig zijn, kan het college van burgemeester en schepenen steeds tot wijzigingen of het herstel in oorspronkelijke staat bevelen. Het schepencollege stelt een redelijke termijn vast binnen welke de aanpassing, af- of uitbraak moet voltooid zijn;

 

Punt 12

 

Indien de aanpassings-, af- of uitbraakwerken niet binnen de gestelde termijn zijn uitgevoerd, kan het college zelf deze noodzakelijke werken uitvoeren op kosten van de vergunninghouder. De kosten en uitgaven worden bij de vergunninghouder ingevorderd na voorlegging van een eenvoudige kostenstaat van aannemers of werklieden, al dan niet gestaafd door kwitanties of rekeningen. Het college van burgemeester en schepenen is steeds gemachtigd ambtshalve maatregelen te treffen met het oog op het aanpassen, af- of uitbreken van de overwelving;

 

Artikel 4

 

Afschrift van deze beslissing wordt gestuurd naar de rechtbank van eerste aanleg en de politierechtbank.

 

Artikel 5

 

Een kopie van dit besluit wordt binnen de 20 dagen na deze zitting verstuurd naar de provinciegouverneur via het digitale loket Binnenlands Bestuur.


Contact informatie