GR20130311 punt 29: Onderwijs - Scholengemeenchap GeNi - Vacantverklaring ambt directeur - Vaststelling aanvullende benoemingsvoorwaarden en profiel

 De raad

 

Gelet op de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving en latere wijzigingen;

 

Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen en de omzendbrief van 17 november 2000;

 

Gelet op het K.B. van 28 september 1984 houdende uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel;

 

Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding en latere wijzigingen;

 

Gelet op de decreten betreffende het onderwijs;

 

Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 en latere wijzigingen en de desbetreffende uitvoeringsbesluiten en ministeriële omzendbrieven;

 

Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad, artikel 19, 1° en de ministeriële omzendbrief terzake;

 

Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikelen 42 en 102;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 27 juni 1990 betreffende de bekwaamheidsbewijzen, de weddenschalen en de bezoldigingsregeling in het gewoon kleuter-, lager en basisonderwijs en latere wijzigingen;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1992 betreffende de verdeling van betrekkingen, de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, de reaffectatie, de wedertewerkstelling en de toekenning van een wachtgeld of wachtgeldtoelage, en latere wijzigingen, alsook op de ministeriële omzendbrieven terzake;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 januari 1995 betreffende de mededeling van de vaste benoeming aan het Departement Onderwijs en op het ministerieel besluit van 1 oktober 2010, genomen ter uitvoering van artikel 3 van voormeld besluit van de Vlaamse regering en de ministeriële omzendbrief, en latere wijzigingen;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 17 juni 1997 betreffende de personeelsformatie in het gewoon basisonderwijs en latere wijzigingen en de desbetreffende ministeriële omzendbrief;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2004 tot vaststelling en indeling van de ambten in de instellingen van het gewoon basisonderwijs;

 

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, artikelen 11, 13, 14, 15, 16, 18, 22 en 26;

 

Gelet op het reglement "rechtspositieregeling voor het gemeentepersoneel" van de stad Ninove;

 

Overwegende dat het reglement "rechtspositieregeling voor het gemeentepersoneel" van toepassing is op de directeurs van de scholen van de scholengemeenschap GeNi;

 

Gelet op het collegebesluit van 24 april 2012 waarbij mevrouw Ann Priem, voltijds vast benoemd directeur aan de Stedelijke Basisschool Seringen-Nederhasselt, vanaf 1 mei 2012 definitief voortijdig op pensioen werd gesteld wegens ziekte;

 

Gelet op het collegebesluit van 17 juli 2012 waarbij akte genomen werd van de aanvraag tot het bekomen van een volledige terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden voorafgaand aan het rustpensioen met halftijdse opname van de bonus vanaf 1 september 2012 ingediend door mevrouw Marleen Viaene, voltijds vast benoemd directeur aan de Stedelijke Lagere School Denderwindeke;

 

Overwegende dat bijgevolg binnen de scholengemeenschap GeNi in het ambt van directeur basisonderwijs een voltijdse en aan de Stedelijke Basisschool Seringen-Nederhasselt en een halftijdse betrekking in het ambt van directeur basisonderwijs aan de Stedelijke Lagere School Denderwindeke te begeven is;

 

Gelet op het gunstig advies van de schoolraden over het profiel voor het ambt van directeur basisonderwijs;

 

Gelet op het protocol van het afzonderlijk bijzonder onderhandelingscomité van 8 februari 2013;

 

Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

 

Beslist,

 

 

met éénparigheid van stemmen

 

 

Artikel 1

 

1. Het ambt van directeur basisonderwijs, enerzijds een voltijdse betrekking aan de Stedelijke Basisschool Seringen-Nederhasselt en anderzijds een halftijdse opdracht aan de Stedelijke Lagere School Denderwindeke wordt vacant verklaard.

Het ambt is bij wijze van aanwerving te begeven.

 

Artikel 2

 

De aanwervingsvoorwaarden voor het ambt van directeur basisonderwijs worden vastgesteld als volgt:

Algemene decretale voorwaarden:

- Houder zijn van het vereiste of voldoend geacht bekwaamheidsbewijs vastgesteld voor dit specifieke selectie- of bevorderingsambt, organiek of bij overgangsmaatregel: ten minste professionele bachelor (PBA) + een bewijs van pedagogische bekwaamheid (BPB).

- Als laatste evaluatie geen evaluatie met eindconclusie "onvoldoende" hebben gekregen in het desbetreffende bevorderingsambt bij het schoolbestuur waar de vacante betrekking zich situeert. Indien het personeelslid niet werd geëvalueerd , wordt aan deze voorwaarde geacht voldaan te zijn.

- Voldoen aan de algemene aanwervingsvoorwaarden van artikel 19 van het decreet rechtspositie van 27 maart 1991.

Aanvullende voorwaarden:

- In het bezit zijn van het getuigschrift of diploma hogere opvoedkundige studiën (GHOS/DHOS) of het getuigschrift hogere opvoedkundige studiën behalen binnen de twee jaar na de tijdelijke aanstelling op proef.

- Beantwoorden aan het profiel zoals vastgesteld in artikel 4 van dit besluit.

- Slagen voor een niet-vergelijkende selectieproef waarvan het programma door de gemeenteraad wordt vastgesteld in artikel 6 van dit besluit. Om geslaagd te zijn moet de kandidaat 50% behalen op het schriftelijk gedeelte en 50% behalen op het mondeling gedeelte en 50% behalen op het totaal van beide delen samen.

- De aanstelling gebeurt op proef. Uiterlijk op het einde van het tweede volledige schooljaar wordt de directeur die tijdens de proefperiode in de uitoefening van zijn ambt voldoening heeft geschonken en de betrekking in hoofdambt uitoefent, in vast verband benoemd.

 

Artikel 3

 

De kandidaturen moeten op straffe van nietigheid ingediend worden volgens het verplicht gestelde sollicitatieformulier. Dit ingevulde sollicitatieformulier kan op de volgende wijzen worden ingediend:

- bij aangetekend schrijven aan het College van Burgemeester en Schepenen, Centrumlaan 100, 9400 Ninove

- door persoonlijke overhandiging tegen ontvangstbewijs aan de personeelsdienst

- door versturen met e-mail met ontvangstmelding gericht aan de personeelsdienst

- door het invullen en versturen met ontvangstbewijs van een elektronisch sollicitatieformulier aan de personeelsdienst.

De kandidaturen moeten vergezeld zijn van volgende documenten:

- een kopie van alle diploma's en/of getuigschriften die het bekwaamheidsbewijs vormen

- een kopie van andere relevante diploma's en getuigschriften

- een uittreksel uit het strafregister model 2 maximum 6 maanden oud.

 

Artikel 4

 

Het hierbij gevoegde profiel voor het ambt van directeur wordt vastgesteld.

 

Artikel 5

 

Er wordt een wervingsreserve aangelegd voor de duurtijd van drie jaar.

 

Artikel 6

 

Het programma van de selectieproef wordt als volgt vastgesteld:

A. Schriftelijk gedeelte

1. Administratieve proef: 20 punten

Toetsing van het inzicht in en de vertrouwdheid met de reglementering inzake het onderwijs en het gemeentedecreet.

Wegens de complexiteit van de materie wordt de toegang tot het internet ter beschikking gesteld. De kandidaten moeten vooral aantonen dat zij de reglementering kunnen opzoeken, situeren en toepassen.

2. Pedagogische proef: 20 punten

Peiling naar de kennis en het inzicht van de kandidaat in verband met de situering van het basisonderwijs in het onderwijslandschap of omtrent één of andere onderwijskundige problematiek, door het samenvatten van een (pedagogisch-didactisch) artikel over onderwijsaangelegenheden en het toevoegen hieraan van persoonlijke commentaar bij de uitspraken en de standpunten die in het artikel worden kenbaar gemaakt.

3. Eén of meer gevalsstudies – 40 punten

Peilen naar de bekwaamheid om aan de hand van fictieve gegevens een schoolorganisatorisch probleem op te lossen

B. Mondeling gedeelte

1. Psychologisch onderzoek

Toetsing van de vaardigheden aan het vereiste profiel.

Het psychologisch onderzoek is opgebouwd uit een aantal psychoprofessionele testen, namelijk testen waarmee de intellectuele (cognitieve) capaciteiten en inzichten van de kandidaat gemeten worden. Daarnaast worden tijdens het onderzoek specifieke vaardigheden, competenties en gedragsattitudes onderzocht via persoonlijkheidstesten en –vragenlijsten, eventueel aangevuld met simulatieoefeningen. Het psychologisch onderzoek omvat ook een competentiegericht interview via de star-interviewtechniek (situatie, taak, actie, resultaat). Het testprogramma is functiegerelateerd en afgestemd op het uitgeschreven profiel van de functie.

Het psychologisch onderzoek is adviserend voor de selectiecommissie, het managementteam en de aanstellende overheid.

2. Algemene proef: beoordeling van de kandidaat – 40 punten

- toelichting curriculum Vitae

- motivatie van de kandidatuur

- aftoetsten van het goedgekeurde profiel voor dit ambt

- kennis van de school en van de lokale context

- kennis van de werking van het gemeentebestuur

- visie op het pedagogisch project van de school

3. Pedagogische proef – 40 punten

- uitdiepen en verder bespreken van het schriftelijk gedeelte

- mondelinge bevraging van andere pedagogisch-didactische aspecten.

 

Artikel 7

 

De samenstelling van de selectiecommissie wordt als volgt vastgesteld:

-een lid juridische dienst van de koepelorganisatie OVSG

- een pedagogisch adviseur van de koepelorganisatie OVSG

- een directeur basisonderwijs van gelijkaardige school die niet tot dezelfde scholengemeenschap behoort

- secretaris van de jury: een lid van het stadspersoneel.

 

Artikel 8

Aan de leden van de selectiecommissie wordt een vergoeding toegekend:

- conform het reglement voor de vergoeding van de leden van de examencommissies vastgesteld bij gemeenteraadsbesluit van 1 maart 2007

- conform de vastgestelde kilometervergoeding voor dienstreizen van het stadspersoneel.

 

Artikel 9

 

§1 De geselecteerde kandidaat wordt op het einde van de proefperiode in vast verband benoemd na een gunstige evaluatie of ontslagen uit zijn ambt bij ongunstige evaluatie.

 

§2 De procedure van de evaluatie wordt als volgt vastgesteld:

- Binnen de modaliteiten bepaald door het college van burgemeester en schepenen legt de geselecteerde kandidaat een beleidsplan ter goedkeuring voor.

- De geselecteerde kandidaat wordt tijdens de proefperiode en binnen afspraken van een specifiek begeleidingsplan gecoacht door de pedagogische begeleiding van OVSG.

- Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd externe en/of interne beoordelaars aan te stellen.

- De evaluatieprocedure gebeurt in twee stappen:

1° Een tussentijds rapport met betrekking tot de realisaties van het beleidsplan wordt door de geselecteerde kandidaat ter bespreking voorgelegd op het einde van het eerste volledige schooljaar aan de externe beoordelaar(s).

2° Een eindrapport wordt door de geselecteerde kandidaat voorgelegd ten laatste op 15 april van het tweede schooljaar aan de externe beoordelaar(s) die een beoordeling uitspreekt/uitspreken.

- De beoordeling van de externe beoordelaars wordt aangevuld met een rapport van de interne beoordelaars.

- Beide beoordelingen worden voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen die een gemotiveerd advies voorlegt aan de gemeenteraad.

 

Artikel 10

 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de verdere uitvoering van dit besluit.